Copyright PVH
Ik ben gedoopt… en dan?

Ik ben, zoals de meeste katholieken hier, als baby gedoopt. Maar belangrijker is dat ik mijn kinderen als baby heb laten dopen. Als je mij toen zou gevraagd hebben waarom ik dit deed, dan had ik daar niet echt een antwoord op kunnen geven behalve dat het voor mijn echtgenoot en mezelf, als katholieken, een evidentie was. Ik herinner mij wel dat ik opluchting voelde toen ze gedoopt waren, het gaf mij een gevoel van veiligheid: God droeg nu meer de verantwoordelijkheid voor mijn kinderen. Kinderen laten dopen is helemaal niet slecht, maar het heeft wel tot gevolg dat het sacrament van het doopsel zijn krachtige betekenis, zijn mysterie, een beetje verloren is. Het doopproject waartoe we uitgenodigd worden in ons bisdom, probeert daaraan te verhelpen.

Een bekering vooraf

Het doopsel is terug te vinden in het evangelie: Johannes de Doper doopt, maar Jezus zelf doet dit niet, hij vraagt zijn leerlingen wel te dopen, steeds in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest (God boven ons, naast ons en in ons). En er moet een bekering aan voorafgaan: je moet je  naar God toekeren. Dit wil zeggen dat je bereid bent afstand te nemen van al wat je van God weghoudt: geld, eer, macht, egoïsme, onverschilligheid. En dat je bereid bent om te doen wat God van je vraagt: God beminnen en je naaste beminnen als jezelf.

Catechumenaat

Tijdens de eerste eeuwen van het christendom was er het catechumenaat, want alleen volwassenen werden gedoopt (en kinderen samen met de ouders). Mensen kwamen in contact met christenen en werden begeesterd door deze vreemde God. Ze wilden ook christen worden en traden daarom in het catechumenaat: een periode van verschillende jaren, waarin ze kennis maakten met Christus, met het geloof en met de gemeenschap. In Firenze en Pisa (onder andere) zie je een baptisterium bij de Duomo: een doopkapel, want één keer per jaar, tijdens de Paaswake, werden de catechumenen na hun lange voorbereiding gedoopt. Daarom gingen ze naar het baptisterium waar ze in een groot bekken in de doopkapel stapten, ze daalden de trappen af, gingen door het water en beklommen de trappen langs de andere kant waar ze opgewacht werden door de bisschop.

De doop is ingrijpend

Het water symboliseert de dood: je gaat met Christus door de dood en je verrijst zoals Hij tot een nieuw leven als christen. Het water reinigt je van je zonden, zodat je nu als christen zonder zonden kan leven. De bisschop overhandigt je een nieuw kleed, dit staat symbool voor het nieuwe leven dat je nu aanvangt. Dan gaat het in stoet naar de kerk, waar de catechumeen voor het eerst de communie mag ontvangen en gezalfd wordt met chrisma.

Het doopsel is dus een ingrijpende gebeurtenis in het leven want je keert je af van je vorige leven en je begint iets heel nieuws: een leven als christen. Vanaf nu treed je in de voetstappen van Christus en je probeert elke dag weer meer zoals Christus te worden. Je krijgt ook een nieuwe status: als volgeling van Christus ben je kind van God…

Toen het christendom in de late vierde eeuw staatsgodsdienst werd, veranderde dit gebruik: omdat er zoveel mensen christen werden ging men over tot het dopen van baby’s, en dit gebruik was tegen de negende eeuw algemeen in onze streken.

Een sacrament

Het doopsel is in de katholieke kerk het eerste van zeven sacramenten. Maar wat betekent dit eigenlijk?

Een sacrament is een ritueel van vaste woorden en daden die God en mens samenbrengen. Een sacrament is dus niet enkel mensenwerk: God is zeer nauw betrokken. Daarom is een sacrament ook een heilig gebeuren: het staat apart, het staat buiten onze gewone dagelijkse realiteit want er gebeurt iets bijzonders. Daarom ook hebben sacramenten bij ons steeds plaats in de kerk: het huis van God. En daarom moet de gemeenschap, de andere gelovigen, aanwezig zijn, want een sacrament is nooit voor jezelf alleen: jij krijgt het, maar het heeft als doel dat je ermee de gemeenschap gaat dienen. Want door een beter christen te worden inspireer je andere christenen om ook zo te doen. Bovendien zijn het de andere christenen die je leren wat het betekent te leven als christen. We geven elkaar de vreugde van het geloof door, we ontsteken telkens opnieuw de liefde van Christus in elkaar.

Een initiatiesacrament

Het doopsel is een initiatiesacrament. Dit betekent dat je erdoor kennismaakt met Christus en met het lichaam van Christus op aarde: de kerk, als gemeenschap van gelovigen. Je leert dus wat geloven is en welk antwoord God van je vraagt als je ingaat op de uitnodiging om kind van God te zijn (of dit steeds meer te worden). Ooit waren het doopsel, de eucharistie en het vormsel één sacrament (in de vroege kerk, zoals hierboven beschreven staat). Maar door de uitbreiding van het aantal gelovigen is dit ene sacrament uit elkaar getrokken tot de drie die het vandaag zijn. Ze horen echter samen. 

In een levende en levendige gemeenschap

De initiatiesacramenten: doopsel, eucharistie en vormsel hebben dus een levende en levendige gemeenschap nodig die helpt en de weg toont, maar die doordat die sacramenten binnen de gemeenschap plaatsvinden zelf ook vernieuwd wordt in het geloof. Vreugde alom dus …

Het is daarom dus eigenlijk onzin dat we zo lang private doopsels, klassikale eerste communies en vormsels zonder de gemeenschap gehad hebben.

Toen ik uiteindelijk de krachtige betekenis van het doopsel min of meer begreep, was mijn ontroering groot. Ik ben dankbaar voor een God die ons als kinderen wil, samen kunnen we een wereldwijde familie van mensen van goede wil vormen. Is dit geen fijne gedachte om het jaar mee te beginnen?

Tina Blommaert

Banner

Zoeken

Dekenaal nieuws