Niet aanspreken als ‘Monseigneur’
“Ik word inderdaad niet aangesproken met ‘Monseigneur’, maar wel als bisschop Lode”, antwoordt onze gesprekspartner. “De redenering daarachter is eenvoudig. Ik ben en blijf monnik. Tijdens zijn homilie bij mijn wijding heeft de kardinaal het in een van de mooiste zinnen uitgedrukt als ‘Lode, ik hoop dat je de ziel van een monnik zal behouden. Dus ik beschouw mezelf als een bisschop-monnik. Ik kies eigenlijk meer voor de eenvoud. Als ik de keuze heb tussen twee mogelijkheden, zal ik steeds voor de meest eenvoudige kiezen vanuit de redenering, dat wat meer eenvoudig is ook meer evangelisch is. Als ik onderteken met B. L., dan is dat zowel Bisschop als Broeder. Dat zijn van die kleine dingen, die de mensen bewust maken van het feit dat ik monnik ben en dat ook wil blijven.”
Roots in Hamme en Grembergen
Ook al werd Lode Van Hecke geboren te Roeselare op 16 maart 1950, dan heeft hij toch roots in onze streek. “Mijn grootvader was van Hamme en mijn vader zou in Grembergen geboren zijn”, vertelt de bisschop-broeder. “Ik zou dat allemaal nog eens moeten uitzoeken, want echte bewijzen heb ik daar nog niet van. Uittreksels uit geboorteregisters moeten dat natuurlijk makkelijk kunnen staven.” Op een gegeven moment is de familie Van Hecke dan naar West-Vlaanderen getrokken. “Mijn beide ouders zijn namelijk van Rumbeke, bij Roeselare.”
Selectieproces van een bisschop
Hoe wordt een mens nu tot bisschop benoemd? Hoe verloopt dat proces en kan je überhaupt weigeren als je tot die functie geroepen wordt? “Dat zit wel wat raar in elkaar”, lacht bisschop Lode. “Dat begint allemaal met consultaties, opgezet vanuit de nuntiatuur of de ‘ambassade van de Heilige Stoel’. Die consultatie bestaat uit het opstellen van een profiel voor de nieuwe bisschop, wat komt uit de bisschoppenconferentie: welk soort persoon heeft het bisdom op dat moment nodig, rekening houdend met de bestaande noden? Dan vraagt men aan heel wat mensen wie daaraan zou beantwoorden. Die lange lijst wordt verder verkleind tot wanneer er nog een drietal finale kandidaten overblijven. Over die finale kandidaten worden dan heel wat vragen gesteld om tot een volledige profielbeschrijving te komen. Ik zou zelf wel eens willen weten, welk beeld er over mij geschetst werd. Want je krijgt zelf geen feedback en je wordt zelf ook niet ondervraagd. Uiteindelijk gaat het lijstje naar de Congregatie van de bisschoppen van over heel de wereld, krijgt de paus een advies en beslist hij wie de nieuwe bisschop wordt.” Kan je na zo’n lang en overdacht proces de vraag om bisschop te worden, die dan bovendien van de paus komt, nog weigeren? “Menselijkerwijze had ik redenen om te twijfelen en kon ik ook de vraag weigeren”, bekent de bisschop van Gent. “Ik was abt van een kleine, kwetsbare gemeenschap, van de abdij van Orval, we waren met vijftien. We waren dat weer aan het opbouwen en in feite was het niet het moment om te vertrekken. Ik had echter geen persoonlijke redenen om te weigeren. Maar het gaat hier over het geloof. De paus wist dat het moeilijk zou zijn voor de abdij in Orval. Want waarom was Orval belangrijk? Ten eerste, ik zou niet de reden willen zijn waarom Orval niet heropbloeide omdat ik weg was. Ten tweede is Orval een belangrijke abdij in de Belgische kerk. Paus Franciscus wist dat hij Orval eventueel in een moeilijke situatie bracht. De enige, die een monnik uit zijn abdij kan halen, is de paus. Ik zou het ten andere van niemand anders aanvaard hebben. Toen de Nuntius mij zei, dat de paus mij wou benoemen tot bisschop van Gent, heb ik gedacht aan het vertrouwen dat ik heb in Franciscus en zijn onderscheidingsvermogen. Langs de paus om is het God, die mij vraagt om bisschop te worden. Het is een geloofskwestie. Als ik nu weiger omwille van mijn gemeenschap, dan maak ik van Orval ‘mijn affaire’. Dit terwijl Orval de ‘affaire’ van God is en van niemand anders. Daarom heb ik vanuit mij geloof aanvaard.”
Bisdom is geen gebouw
“Ik ben gewoon om in een gemeenschap te leven en ik beschikte als directeur van een brouwerij over goede medewerkers”, blikt Broeder Lode even terug. “Toen moest ik terug naar het zo fel bekritiseerde ‘instituut Kerk’ omwille van o.a. de seksuele schandalen en mij met dingen bezig houden waar ik mij nog nooit voor geïnteresseerd had. Ik zal proberen om bisschop te zijn voor het essentiële wat die rol inhoudt. Ik weet dat als men beslissingen neemt, dat er tegenkantingen komen, maar dat hoort erbij. Ik hoor ook niet graag spreken over ‘het bisdom’ als dat gebouw in Gent. Voor mij is mijn bisdom alle dekenaten, kerken en mensen die daaronder ressorteren. Ik voel mij ook helemaal niet opgesloten in dat gebouw in Gent. Ik zit daar niet in een ivoren toren. Door de zittingsdagen op zaterdag heb ik ontzettend veel contact met gelovigen en minder-gelovigen. Ik hoor daar van alles, ook van mensen die nooit naar de kerk komen of nooit naar het gebouw van het bisdom durven gaan. Ze komen zeggen wat ze denken en wat ze voelen. Dat is een fundamentele keuze van mij geweest: ik wil met mensen in contact komen.” En op zaterdag 26 juni is onze bisschop met zeer veel mensen in contact gekomen, heeft hij veel geleerd en nog veel meer respect teruggekregen. De reacties waren positief, lovend en hoopvol. Indien er iets bestaat als ‘de kerk dichter bij de mensen brengen’, dan is Bisschop-Broeder Lode daar zeker in geslaagd.
Luc De Donder