De Heer werkte met hen mee en schonk kracht aan hun woord (Mc.16)
Zowel de eerste lezing als het evangelie vertellen over Jezus’ hemelvaart. Lucas schrijft dat de leerlingen met grote blijdschap naar Jeruzalem terugkeerden. Waarom? Het feest dat wij vandaag vieren, veertig dagen na Pasen, geeft ons hierop een tweevoudig antwoord. Allereerst verkondigt het nogmaals de werkelijkheid van de verrijzenis. Het is een aansporing tot blijdschap omdat het een bevestiging inhoudt van Zijn manier van leven en aan Zijn woorden een meer dan menselijke betekenis geeft. De tweede reden waarom ‘Hemelvaart’ een feestelijke dag is, staat uitgeschreven in het toegevoegde slot van het Marcusevangelie dat wij vandaag beluisteren. Al is Jezus niet meer zichtbaar onder zijn leerlingen aanwezig, toch blijft Hij als Verrezene bij hen. Zij worden de enthousiaste getuigen van een werkelijkheid die zij zelf hebben ervaren en waarin zij elke dag mogen leven. Zo krijgt dit feest voor ons een onvermoede actualiteit. Een dag als deze herinnert ons er aan dat wij vanuit Zijn nabijheid en naar Zijn voorbeeld mogen christen zijn. Misschien staren wij te veel naar de hemel en hebben wij te weinig oog en bewondering voor hen die zich, in een tijd als de onze, nog gelovig durven noemen?
Tussen Hemelvaart en Pinksteren …
De leerlingen hebben met Hemelvaart nog niet ten volle begrepen dat Jezus als de Verrezene altijd bij hen zal zijn. Daarom belooft Hij hen zijn Geest. Hij zal hen alles in herinnering brengen wat Hij gezegd en gedaan heeft. Hij zal hun bron van inspiratie en kracht zijn om, te midden van de concrete levensomstandigheden hun leerling-zijn van Jezus gestalte te geven. Omdat voor ons hetzelfde geldt, bidden wij tussen Hemelvaart en Pinksteren om de komst van zijn Geest. Het is een aloud gebruik, dat ons vanuit de gelovige ervaring van mensen vóór ons wordt aangereikt, maar dat ons tot op vandaag uitnodigt om deemoedig te vragen wat wij onszelf niet kunnen geven. “Heer, adem ons open”!
Gebed
Jezus, U kunnen we niet meer aanraken, U bent 'ten hemel opgenomen'. Wij moeten niet naar boven kijken, maar rond ons. Gij komt niet met een lichtkrans, niet met een grote titel, maar in elke mens die wij ontmoeten: in een mens die honger heeft, een mens met wie we liefde delen, in een zieke, in iemand die ons veel wil geven. Geef dat wij U herkennen, Heer.
Graag wensen wij iedereen van onze parochie een zalig hoogfeest van Hemelvaart toe!
Deken Jo